Eindelijk is het zover! Het is zondag 30 juli: de dag van de Grand Depart. We noemen het zelf "hearttobeat reload". Vijf maanden voordat we op een vliegtuig stappen naar Bariloche Argentinië, gaan we lekker warm trappen en hopelijk gewicht verliezen door Europa. Het plan is om eerst naar Oost-Europa te fietsen en daarna via de Balkan af te buigen naar Zuid-Europa. Harry en Kitty, die een tijdje in ons huis zullen gaan wonen, komen de sleutels ophalen en zwaaien ons uit. Vamos!
We fietsen door Helmond en in Deurne, na nog geen twintig kilometer, stoppen we al voor een koffie met vlaai en appelgebak. We hebben immers tijd: we hebben een camping in Duitsland in het vizier, op iets van 67 kilometer en de wind blaast lekker in de rug. Op het centrale plein is een event aan de gang waar mensen hun oldtimer parkeren om die te laten bewonderen. De definitie van een oldtimer is hier blijkbaar ruim gelegd, vinden wij, maar het trekt toch best wat volk. We bekijken het tafereeltje maar besteden hier na de koffie verder geen tijd aan en fietsen verder naar Horst, de volgende stop voor een broodje dit keer. In de supermarkt kopen we een banaan, een paar kaiserbroodjes en een doosje Vache qui rit en gaan in de winkelstraat op een bankje zitten. Het is pas half een en we hebben al bijna tweederde van de tocht erop zitten. Harry checkt de camping waar we naar toe willen gaan en komt erachter dat deze alleen dauerstellplatzen in de aanbieding heeft. Niets wijst erop dat wij voor een overnachting met tentje welkom zijn. Harry belt naar de camping maar krijgt geen gehoor. Onze ervaringen met kamperen in Duitsland zijn niet zo positief: allereerst zijn er niet zoveel en de meeste campings richten zich, vaak in een soort vereniging, op langkampeerders die vele jaren een vaste plek bezetten en deze naar eigen wansmaak inrichten en de perceelsgrenzen van schuttingen voorzien. Er is wel meestal plek voor iemand met een camper of caravan, maar voor fietsers die voor één nacht aankloppen wordt geregeld moeilijk gekeken en vaak krijgen we een achterafhoekje op 10 minuten lopen van het sanitair gebouw, aangewezen. Enfin, we gaan met Google Maps op zoek naar een andere camping en inderdaad, er is weinig te vinden, laat staan ene met een tentenveldje of iets dergelijks. Uiteindelijk zien we een camping waarvan verteld wordt dat deze ideaal is voor trekkers. Aandachtspunt is wel dat deze aan de Rijn ligt op nog 60 kilometer fietsen. Direct ruim 100 kilometer op de eerste dag is niet wat wij (en onze billen) voor ogen hebben. Aan de andere kant worden we geholpen door de wind. We hakken de knoop door en laten onze routeapp Komoot een route naar de plek aan de Rijn plannen voor gravelbikes. Tot onze verrassing heeft Komoot er iets moois van gemaakt en fietsen we over leuke paden naar Rijn. Onderweg bellen we toch even naar de camping of we wel welkom zijn vanavond. Dat zijn we, maar check-in is tot uiterlijk 18 uur. Om kwart voor zes staan we in de mini receptie. Het enorme, ietwat rommelige, terrein ligt op de oever van de Rijn en dat betekent dat alle gebouwen en voorzieningen in de winter ergens anders moeten staan en dus klein en mobiel zijn. En zo stroomde ons douchewater niet naar de drain in de douche maar onder de douchedeur naar buiten. Het tentenveld is best ruim en staat gezellig vol met vooral fietsers die de Rijnroute volgen, zonder uitzondering vanuit het zuiden. Er staan ook twee grotere tenten, een met een meneer in rolstoel die de volgende ochtend hulp krijgt van de thuiszorg en een met een meneer die als enige stroomaansluiting heeft voor zijn televisie en radio, die de hele nacht is blijven aanstaan. Deze meneer werkt ergens in de buurt en valt blijkbaar na hard werken 's avonds in slaap bij zijn tv en radio.
Het is zondag en dan zijn er geen boodschappen in Duitsland te doen voor een eigen potje. Bovendien gaat het vanavond regenen. Er is een gemeenschappelijke keuken op wielen maar die is heel klein en staat heel vol met mensen die wel iets te eten bij zich hebben. Wij fietsen naar een Italiaans restaurant op minder dan 5 kilometer. Tijdens de overheerlijke maaltijd gaat het inderdaad regenen. We wachten best een tijd of het wat afneemt maar het gaat alleen maar harder regenen. Uiteindelijk kruipen we op deze eerste heerlijke dag, zeiknat in ons tentje. Het blijft nog tot 2 uur 's nachts hard regenen.
In de ochtend zou het tot acht uur droog blijven. We staan daarom om zeven uur op. Door de harde wind is onze tent best droog geworden, een mooie meevaller. Snel pakken we hem in. De overige fietsers staan later op en hebben minder geluk: het regent alweer. In de keuken-keet wordt het gezellig druk met etende, kokende en schuilende fietsers en er wordt volop gekletst. Rond tien uur is het even droog en springt iedereen snel op de fiets.
Vanaf de Rijn fietsen wij naar de rivier de Ruhr en Komoot trakteert ons alweer op een superieure gravelroute door deze gigantische metropool van het Ruhrgebied. Iets van boven trakteert ons ook, namelijk op harde regen. We besluiten stoïcijns door te fietsen. In de ochtend hadden we al besloten om vanavond een hotelletje te nemen: het blijft overdag lang regenen, vanavond gaat het weer regenen en vannacht zou het de hele nacht hard blijven regenen.
Na 60 kilometer kloppen we in Hattingen bij een hotel aan die ons trakteert op een hele ruime kamer, op een heerlijke maaltijd en op een ruim overdekt fietsenhok vol met e-bikes, met uitzondering van die twee zonderlingen aus die Niederlande. Een van de e-bikers informeert naar onze dagafstand en speelt het vervolgens klaar om tegelijkertijd te pochen en te klagen over zijn 90 km's (stroomafwaarts langs de Ruhr) waarvan verdammt 60 km's in de regen zijn afgelegd.
De zomer vorig jaar toen we ook door Duitsland zijn gefietst was het droog, te droog, zo droog dat het stuwmeer Edersee bijna leeg was en de pontjes over de Wezer geen oversteek konden maken. Dit jaar is dat wel even anders. Het water van de Ruhr staat hoog, te hoog en één van de pontjes vaart daarom niet. En er komt vandaag alleen maar meer water bij maar ook de zon laat zich af en toe zien.
Mooie schuilplek bij een gesloten bruiloftslocatie
De route stroomopwaarts langs de Ruhr is af en toe mooi met een grindpad langs de oever en af en toe saai met een fietspad langs een drukke weg. We weten een keer onsuccesvol en een keer succesvol te schuilen voor een forse bui en de wind is ons nog steeds gunstig gezind.
Verder hopen we op meer goeds van boven nadat we een fietskerk van binnen hebben bekeken en onze hearttobeat sticker op het prikbord hebben achtergelaten. Mogen de weergoden ons goed gezind zijn.
Met dank aan de wind in de rug arriveren we na ruim 100 kilometer in Arnsberg dat een leuke oude binnenstad heeft op een heuvelruggetje wat nog een fijn stijl eindklimmetje betekent. Opnieuw zou het vanavond en vannacht regenen en opnieuw pakken we een hotelletje.
Ruhr
Nog maar kort geleden vroegen we elkaar of we de Japanse Duizendknoop zouden herkennnen, waar zoveel om te doen is bij stedelijke ontwikkeling. Nee, beide hadden we geen idee. Inmiddels zijn we kenners omdat zowel langs het spoor als langs de Ruhr de plant oprukt, verdrukt en (over)woekert. In Nederland wordt geprobeerd deze te beteugelen maar hier lijkt het een inmiddels verloren zaak.
Na regen steken naaktslakken over om ons onduidelijk redenen en die proberen wij te ontwijken. We maken veel extra meters omdat het beeld ons tegenstaat dat er restanten van naaktslakken door de stoere banden op onze schenen dan wel op de rug getorpedeerd worden. Voor deze albino huisjesslak maken we een uitzondering en doen we een fotoshootje.
In deze natte week wordt voorspeld dat er nu twee echte kletsnatte dagen aanbreken. We mikken voorzichtig op deze eerste voorspelde kletsnatte dag op een stadje iets van 47 kilometer verderop: Olsberg. Maar zoals zovaak, als je alleen maar regen verwacht, dan valt het mee. We schuilen twee keer in een bakkerij en in Olsberg besluiten we niet te stoppen maar om de Ruhrtalradweg te finishen. Dat betekent nog iets van 23 kilometer verder fietsen en nog doorklimmen van 230 meter naar ruim 700 meter. Dit laatste (voor de meeste fietsers eerste) deel van de route blijkt ook het mooiste deel. We passeren uiteindelijk de eerste skiliften en zien ons, bij eens soort indoor legoworld, ineens omringd door auto's met Nederlands kenteken: Winterberg kan niet ver meer zijn!
Vanaf een top zien we het stadje iets onder ons liggen. We dalen af en rijden het centrum in: het is er koud en nat en opnieuw boeken we een hotel en krijgen een mooie grote kamer toegewezen. Er tegenover zit Benny's Kartoffelkiste, een goedkoop maar prima restaurant waar het inderdaad allemaal draait om de aardappel. Harry gaat voor een gegratineerde en Roelie voor een gepofte.
De tweede nattere dag in deze natte week is echt nat: het regent voortdurend. De nacht verliep al onstuimig met harde wind en regen en als we opstaan checken we de weerberichten. Het wordt niets vandaag, maar de dagen erna beloven droger te verlopen. We spreken af om morgen pas weer te fietsen en dan ook te kamperen. We boeken nog een nachtje Winterberg bij. De fietsen moeten verzorgd worden na drie dagen regen en modder en we geven de ketting wat olie en de trappers wat smeer. Verder luieren we er op los en zien dat het de hele dag blijft regenen bij hooguit 15 graden. Hierna kan alleen maar beter worden, toch?
Beter is het nog niet als we in de regen vertrekken uit Winterberg. De eerste kilometer is bergaf door het dorp en vooral onze handen protesteren tegen de koude neerslag. Al snel komen we in het bos terecht en glibberen naar beneden met af en toe ook wat kleine klimmetjes om weer warm te worden.
Eenmaal helemaal beneden is het droog, bijna zonnig en kruisen we de Ederradweg die vorig jaar een stuk hebben gevolgd . Vorig jaar hadden we hier pech met een spaak en een lege band en werden we uitstekend geholpen door een fietsenwinkel in Battenfeld. Nu probeert Roelie's derailleur muziek te maken in de lagere versnelling en dat hoort een derailleur niet te doen. Helaas is de zaak vanwege Urlaub gesloten en laten we het voor wat het is en besluiten mindfull: het is muziek en geen irritant geratel.
Na het oversteken van de Eder volgt - zoals meestal na een beek of rivier - een klim uit het dal. Eenmaal boven fietsen we over groene heuvels naar een camping in Heimerthausen waar we met een waterig zonnetje door een aardige kreupele eigenaar naar een prachtig plekje worden verwezen en uitleg krijgen over de antieke gasinstallatie waar kort warm water uit te krijgen is om te douchen.
We verwachten de dag erop een wat saaie route en grijpen elke fietsroute aan die de Duitsers voor fietsers hebben bedacht. Het einddoel van de dag is helder: er zijn namelijk weinig campings en daarom willen we naar de enige die enigszins binnen bereik ligt. De pauzes in Lauterbach en Fulda brengen we door bij bakkertjes die vrij goedkope vaak goede koffie mit Kuchen of Brödchen serveren. Aan het eind van middag doemt Monte Kali ook wel Kalimanjaro genoemd voor ons op. Dat is een enorme berg zout uit de mijnindustrie en er groeit natuurlijk niets op en is daarom een dissonant in verder o zo groene landschappen met dank aan de recente overvloedige regen. Monte Kali laten we rechts aan ons voorbij gaan en we gaan zelf linksaf de heuvel op en het bos in.
Hoog op de berg ietwat onder het dorp Hütten, krijgen we op de camping een plek met een tafel en stoelen toegewezen. Het is een dauerstellplatz waar blijkbaar niet is voldaan aan de huur. Er staat nog een caravan met voortent op, maar er is meer dan voldoende plek voor ons. We zetten meteen ook de tarp op waarmee we een droog plekje hebben mocht het gaan regenen. Dat gebeurt 's avonds al en na een nacht lang regen worden we 's ochtends bij het ontbijten onder de tarp nog eens extra getrakteerd op een stortbui. Gelukkig zitten we droog. Harry dacht in de vroege ochtend onweer te horen maar het blijkt een 5 seconden lange scheet te zijn van de buurman op de heuvel boven ons. We vertrekken in de miezerige regen over prachtige karrensporen door het bos maar we moeten wel oppassen voor gladheid. Een singletrack even verderop laten we met deze condities maar even voor wat het is. Na de laatste heuvel komen we terecht op een route die Sinradweg heet en langs een riviertje loopt. Het is mede dankzij het wisselende weer heerlijk rustig totdat we uitkomen in het stadje Gemünden waar meerdere fietsers op het pleintje pauzeren. Is de route langs de Main zo populair? Ja, dat blijkt wel als we daarna op die route vele volledig in regen kleding (inclusief overschoenen en regen'condoom' voor de helm) ingepakte Duitsers op e-bikes tegenkomen. Wij fietsen tot aan Karlstadt en hebben dan genoeg regen gehad. We zoeken een restaurantje op voor de avond en een hotelletje voor de nacht.
Karlstadt
De spichtige en weinig gastvrije gastvrouw van het hotel-in-vergane-glorie staat nogal sip te kijken als ze ons en onze natte fietsen ziet. Het lijkt haar wel een idee om ze buiten in een hof te laten staan maar kan geen enkele geruststelling geven op de vraag of dat wel veilig is. Nou ja dan mogen ze de trap af in de kelder. 's Ochtends is de gastvrouw de enige andere persoon aan het ontbijt in dit hotel met iets van 30 kamers. Er staat een grote schaal met diverse vleeswaren en kazen wat niet rijmt met de 4 broodjes. Wij zijn er blij mee want daar hebben we genoeg aan en alles is weer lekker opgedroogd in de flink gedateerde maar ruime kamer. De gastvrouw sputtert en pruttelt als we voorstellen met de bankpas te betalen in plaats van cash. Gelukkig spreekt Roelie slecht Duits en hoeft ze weinig moeite te doen om stoïcijns te wachten op de pinactie. We vertrekken als het bijna droog is en fietsen afwisselend door regen, zon en wind -een inmiddels bekend concept- naar het stadje Kitzinger. Tegen het einde van middag klaart het werkelijk op en is er eindelijk zicht op beter weer. We vieren dat met een bbq op de camping.
De populaire Main radweg vinden we wat saai en we laten de app Komoot een route plannen naar de camping in de buurt van de stad Bamberg. Het blijkt een schitterende route en veruit de mooiste fietsdag tot nu toe. Dat moeten we misschien vaker doen om geen routes te volgen maar Komoot te volgen.
Prischenstadt: al het goede komt van boven?
De mensen met tent krijgen op de camping bij Bamberg de leukste doch ietwat ondiepe plekken langs de rivier toegewezen. Uit voorzorg zetten we 's avonds de tarp weer op. Na middernacht begint het weer de hele nacht te regenen en de stortbui in de ochtend staat - terug van weggeweest - ook weer op het programma. Die wachten we af onder de grote overkapping van de camping en doen daarna een rondje door de stad. In de Tweede Wereldoorlog is een relatief klein deel van Bamberg verwoest maar de oude binnenstad gespaard gebleven die nu op de Unesco werelderfgoed lijst staat. Die binnenstad is inderdaad mooi en dat wordt omlijst met toeristen. Zie de foto hieronder met een Nederlander voor de historische romaanse dom. Gekkenhuis!
We gaven 'm weer een kans in de veronderstelling dat nu die smaller is en misschien leuker maar de route langs de Main is saai en nu ook nog eens slecht bewegwijzerd. We zijn continu de route kwijt. We kozen voor de route omdat die de meanderende rivier volgt. Via Komoot zou de route naar de enige camping binnen bereik wel heel erg kort worden. De camping ligt even voorbij Lichtenfels. Opnieuw zijn de mooiste plekken langs de rivier voor de tentjes en vele zijn van fietsers. Hartstikke leuk! Andere Nederlanders vertellen ons dat deze camping ook op de door Europafietsers beschreven route naar Praag ligt.
We hebben het op deze reis nog niet meegemaakt, maar het blijft 's nachts en 's ochtends droog. Bij de kassa wacht ons nog een leuke verrassing: de overnachting op deze leuke camping kost maar 15 euro. We laten Komoot de weg wijzen naar de volgende camping in Weissenstadt. De eerste 30 kilometer volgt Komoot grappig genoeg de Mainroute en die is zowaar zeer aangenaam. Daarna wacht een tweede helft met flink veel gravel en stevige klimpartijen.
Na dagen van geweldig mooie plekken op campings krijgen we nu een iets mindere plek toegewezen tussen de vaste gasten. De zeltwiese is namelijk nog te zompig na 2,5 week lang regen. Later 's avonds als de zon ondergaat krijgen we eindelijk antwoord op een vraag die we elkaar bij vertrek in Helmond stelden: wat zijn we vergeten? Het antwoord is de insect reppellant te zijn: DEET! We worden namelijk voor het eerst deze reis aangevallen door muggen en vinden er geen verweer tegen tussen onze spullen.
Terwijl we door Duitsland fietsen hebben we menig keer gezegd hoe fijn de vele camping municipals in de dorpjes van Frankrijk zijn en dat ieder Frans dorp wel een bakkertje heeft. In Duitsland zijn er weinig campings (en zeker niet voor trekkers) en veel dorpjes inmiddels ook zonder bakker, overigens ook zonder enige zichtbare vorm van leven, die zo als decor gebruikt kunnen worden in sinistere Stephan King verfilmingen. Soms heeft een dorp een bakker en daar maken we graag gebruik van; want de Duitse brötschen zullen we vanaf morgen gaan missen. Bovendien kan je bij een Duitse bakker altijd lekker even zitten, op adem komen en van een cappuccino genieten. Hieronder het laatste bakkertje in Duitsland. We naderen namelijk de grens met Tsjechië. Op naar een nieuw land en volgende blog.
We fietsen door het mooie Fichtelgebergte naar de grens en stoppen bij het grensbord voor een foto: Tsjechië!